Vraagt ie moedeloos na het vertellen van zijn verhaal;’ ‘Heb je ze ooit wel eens zo erg gehad als ik, vast niet’? ‘Nee’, zeg ik, ‘dit gaat een harde dobber worden. Ik vraag me oprecht af of dat lukt’. Met grote ogen kijkt hij me aan. ‘Ja toch, dat hoop ik toch, want dit wil ik niet meer’. En daar-is-ie…de beweging van de passieve naar actieve stand. Hij kijkt me aan, merkt wat er gebeurt en begint hard te lachen. Gelukkig is het niet allemaal kommer en kwel en wordt er ook flink gelachen. Om de zoveelste tissue die nodig is, de zoveelste diepe-diepe zucht vanuit de tenen. De woorden die gebruikt worden waarin zooooo’n groot oordeel over zichzelf klinkt (stom, trut, klootzak, zeurmiep, zanikkerd, zielig ventje, enz). De opmerkingen ‘oow wat heb ik het me toch moeilijk gemaakt’ of ‘….en dan te bedenken dat ik het allemaal zelf doe’. Ja, humor is er ook. Mooie mensen.